vrijdag 11 januari 2013

Arme zielen.


 
Volgens de Griekse wijsgeer Xenophanes is de hele  Griekse en Romeinse godenleer  een projectie van  de gedachtenwereld  (tradities en fantasieën) van zijn bedenkers.

 

Evenals onze sprookjes verhalen zijn uit overleveringen (doorvertellingen), opgeschreven door hun latere bewerkers.

 

Dat geldt natuurlijk ook voor de schrijvers van de bijbel (Christendom), de koran (Islam) en de thora (Jodendom).

 

Het sprookje van de oude goden en onze nieuwe goden is daarmede dus opgelost, zou je zo zeggen..

 

Maar niets is minder waar, en dat zal ook nooit gebeuren. Want het probleemfiguur mens verandert niet of nauwelijks en zal dus ( ter vertroosting) in deze sprookjes willen blijven geloven.

 

Ik zal het op een rijtje zetten:

 

·       De arme ziel wordt geteisterd door Eros (lees: seksuele drift), waardoor hij zich niet kan verheffen uit zijn situatie. De oude Grieken kwamen in dit verband met ( de overspelige) oppergod Zeus en met de ontvoerde Europa aanzetten om dit verschijnsel ( met stier en ontvoering) te symboliseren.

·       De Romeinse keizer-filosoof Marcus Aurelius (2e eeuw na Jezus) stoorde zich mateloos aan het zondige, verdorven, vleselijke en verderfelijke lichaam en vond dat de menselijke geest superieur zou moeten zijn.

·       Het christendom heeft dit probleem gesymboliseerd via het verhaal van de zondeval van Adam en Eva in het paradijs en heeft deze erfzonde proberen te kanaliseren door het gezin en de daarmee verbonden trouwhartigheid te introduceren. Met name de protestanten (o.a. Johannes Calvijn en Maarten Luther) hebben het over de zondige mens en manieren bedacht om  voort te kunnen bouwen op de ideeën van de aanvankelijke zwabberaar/levensgenieter Kerkvader Augustinus en de scholastische gedachten van  Thomas van Aquino.

·       Maar dat deden in een eerder stadium de Grieken zelf ook al. In de klassieke oudheid werden de mannen namelijk superieur aan de vrouw bevonden. Die waren hun slavinnen, net als nu nog bij de Islam. De mannen waren droog, warm en actief, terwijl de vrouwen als sponsachtig, koel, kil, koud en passief werden bezien.( zit wel wat waarheid in trouwens).

·       De oplossing werd  door de Stoicijnen gezocht in zelfbeheersing en het ongevoelig worden voor drift en emoties. Onthouding was toen de leuze, om de mannelijke kracht te behouden.

·       Paulus was een wijs man. Hij vond het beter om alleen te blijven. Maar kon je dat niet opbrengen, dan vond hij trouwen beter dan te blijven branden van begeerte. Vergelijk in deze het celibaat van de priesters.

·       De Kerk was dus eigenlijk een voortzetting op bepaalde ( noem het vooruitstrevende) gedachten van de klassieke visie op gewenst menselijk gedrag,

 

 

Maar de arme ziel werd ook geteisterd door zijn materiële begeerte naar genot, rijkdom en roem en aan zijn gebrek aan gehoorzaamheid aan de goden.

De Grieken kwamen aldus met Pandora aanzetten, die met rampen de mensheid zou bejegenen, indien die niet zou gehoorzamen. Vergelijk ook in dit verband de erfzonde van het Christendom. Ook hier zien wij dus weer een voortzetting, maar misschien is het beter te spreken over een logische overgang, van een klassieke gedachte.

 

Wel neemt het christendom het op voor de arme zielen, die behoeftig en arm of slaaf waren. Ook op het motto: “Heb uw naasten lief”valt weinig af te dingen.

 

Maar de arme ziel moest nog meer incasseren en vernederingen ondergaan. Hij bleek niet het middelpunt van het universum te zijn. De Pool Nicolaas Copernicus gaf in zijn heliocentrische wereldbeeld aan dat de aarde om de zon draaide en niet andersom en dat er duizenden andere sterren en planeten moesten zijn. Later beter voor het (zeer precaire) voetlicht gebracht door de Italiaan Galileo Galilei via o.a. zijn telescopische waarnemingen en verder bewezen door Isaac Newton (zwaartekrachttheorie) en Johannes Kepler ( ellipsvormige i.p.v cirkelvormige banen van de aarde om de zon).

 

Via de verlichtingsideeën probeerde onze ziel zich weer op te richten ( verg. o.a René Descartes met zijn: ik twijfel aan alles, behalve aan dat ik denk, dus besta), maar moest zijn grootheid weer snel aanpassen, doordat de bioloog Charles Darwin hem tot een gril van de natuur bestempelde en hem definitief in het dierenrijk deed belanden.

 

 En tenslotte was daar de psycholoog Sigmund Freud, die hem terechtwees als zijnde een product van zijn driftleven.

 

Had onze arme ziel daarmee genoeg voor zijn kiezen gekregen? Neen, om den drommel niet.

 

In de 20e en 21e eeuw wordt hij geconfronteerd  met techniek en wetenschappelijke vooruitgang. Eerst raakt hij verslaafd aan de heilige koe (de auto), om daarna aan de kijkbuis verslingerd te raken. Maar dat is nog niets vergeleken met zijn verslaving aan de (digitale) wereld van de  computer, internet, mobieltjes, laptops, tablets en smartphones.

 

De arme ziel moest dus ook nog zijn meerdere erkennen in de machine. En straks, na deze dans op de maat van de machine, wordt hij ook nog gerobotiseerd, maar dat duurt nog wel een (paar) honderd jaar.

 

Is er dan geen enkele hoop meer voor hem? Jawel, sommigen van zijn soortgenoten  laten zich niet in een min of meer permanente staat van stress en voortdurend spanningsveld duwen, door zich niet als loon  slaaf door hun baas te laten gebruiken, of zich vrijwillig op te sluiten in een of andere vorm van relatie , maar weten via het echte vrije denken hun eigen ritme te bepalen en daarmede de terreurdans  te ontspringen. Maar dat is aan slechts weinigen gegeven.

 

Jan Posch,  10/11 januari 2013,

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten