Volgens
de Griekse wijsgeer Xenophanes is de hele
Griekse en Romeinse godenleer
een projectie van de
gedachtenwereld (tradities en
fantasieën) van zijn bedenkers.
Evenals
onze sprookjes verhalen zijn uit overleveringen (doorvertellingen),
opgeschreven door hun latere bewerkers.
Dat
geldt natuurlijk ook voor de schrijvers van de bijbel (Christendom), de koran
(Islam) en de thora (Jodendom).
Het
sprookje van de oude goden en onze nieuwe goden is daarmede dus opgelost, zou
je zo zeggen..
Maar
niets is minder waar, en dat zal ook nooit gebeuren. Want het probleemfiguur
mens verandert niet of nauwelijks en zal dus ( ter vertroosting) in deze
sprookjes willen blijven geloven.
Ik
zal het op een rijtje zetten:
·
De
arme ziel wordt geteisterd door Eros (lees: seksuele drift), waardoor hij zich
niet kan verheffen uit zijn situatie. De oude Grieken kwamen in dit verband met
( de overspelige) oppergod Zeus en met de ontvoerde Europa aanzetten om dit
verschijnsel ( met stier en ontvoering) te symboliseren.
·
De
Romeinse keizer-filosoof Marcus Aurelius (2e eeuw na Jezus) stoorde
zich mateloos aan het zondige, verdorven, vleselijke en verderfelijke lichaam
en vond dat de menselijke geest superieur zou moeten zijn.
·
Het
christendom heeft dit probleem gesymboliseerd via het verhaal van de zondeval
van Adam en Eva in het paradijs en heeft deze erfzonde proberen te kanaliseren
door het gezin en de daarmee verbonden trouwhartigheid te introduceren. Met
name de protestanten (o.a. Johannes Calvijn en Maarten Luther) hebben het over
de zondige mens en manieren bedacht om
voort te kunnen bouwen op de ideeën van de aanvankelijke
zwabberaar/levensgenieter Kerkvader Augustinus en de scholastische gedachten
van Thomas van Aquino.
·
Maar
dat deden in een eerder stadium de Grieken zelf ook al. In de klassieke oudheid
werden de mannen namelijk superieur aan de vrouw bevonden. Die waren hun
slavinnen, net als nu nog bij de Islam. De mannen waren droog, warm en actief,
terwijl de vrouwen als sponsachtig, koel, kil, koud en passief werden bezien.(
zit wel wat waarheid in trouwens).
·
De
oplossing werd door de Stoicijnen
gezocht in zelfbeheersing en het ongevoelig worden voor drift en emoties.
Onthouding was toen de leuze, om de mannelijke kracht te behouden.
·
Paulus
was een wijs man. Hij vond het beter om alleen te blijven. Maar kon je dat niet
opbrengen, dan vond hij trouwen beter dan te blijven branden van begeerte.
Vergelijk in deze het celibaat van de priesters.
·
De
Kerk was dus eigenlijk een voortzetting op bepaalde ( noem het
vooruitstrevende) gedachten van de klassieke visie op gewenst menselijk gedrag,
Maar
de arme ziel werd ook geteisterd door zijn materiële begeerte naar genot,
rijkdom en roem en aan zijn gebrek aan gehoorzaamheid aan de goden.
De
Grieken kwamen aldus met Pandora aanzetten, die met rampen de mensheid zou
bejegenen, indien die niet zou gehoorzamen. Vergelijk ook in dit verband de
erfzonde van het Christendom. Ook hier zien wij dus weer een voortzetting, maar
misschien is het beter te spreken over een logische overgang, van een klassieke
gedachte.
Wel
neemt het christendom het op voor de arme zielen, die behoeftig en arm of slaaf
waren. Ook op het motto: “Heb uw naasten lief”valt weinig af te dingen.
Maar
de arme ziel moest nog meer incasseren en vernederingen ondergaan. Hij bleek
niet het middelpunt van het universum te zijn. De Pool Nicolaas Copernicus gaf
in zijn heliocentrische wereldbeeld aan dat de aarde om de zon draaide en niet
andersom en dat er duizenden andere sterren en planeten moesten zijn. Later
beter voor het (zeer precaire) voetlicht gebracht door de Italiaan Galileo
Galilei via o.a. zijn telescopische waarnemingen en verder bewezen door Isaac
Newton (zwaartekrachttheorie) en Johannes Kepler ( ellipsvormige i.p.v
cirkelvormige banen van de aarde om de zon).
Via
de verlichtingsideeën probeerde onze ziel zich weer op te richten ( verg. o.a
René Descartes met zijn: ik twijfel aan alles, behalve aan dat ik denk, dus
besta), maar moest zijn grootheid weer snel aanpassen, doordat de bioloog Charles
Darwin hem tot een gril van de natuur bestempelde en hem definitief in het
dierenrijk deed belanden.
En tenslotte was daar de psycholoog Sigmund
Freud, die hem terechtwees als zijnde een product van zijn driftleven.
Had
onze arme ziel daarmee genoeg voor zijn kiezen gekregen? Neen, om den drommel
niet.
In
de 20e en 21e eeuw wordt hij geconfronteerd met techniek en wetenschappelijke
vooruitgang. Eerst raakt hij verslaafd aan de heilige koe (de auto), om daarna
aan de kijkbuis verslingerd te raken. Maar dat is nog niets vergeleken met zijn
verslaving aan de (digitale) wereld van de
computer, internet, mobieltjes, laptops, tablets en smartphones.
De
arme ziel moest dus ook nog zijn meerdere erkennen in de machine. En straks, na
deze dans op de maat van de machine, wordt hij ook nog gerobotiseerd, maar dat
duurt nog wel een (paar) honderd jaar.
Is
er dan geen enkele hoop meer voor hem? Jawel, sommigen van zijn
soortgenoten laten zich niet in een min
of meer permanente staat van stress en voortdurend spanningsveld duwen, door
zich niet als loon slaaf door hun baas
te laten gebruiken, of zich vrijwillig op te sluiten in een of andere vorm van
relatie , maar weten via het echte vrije denken hun eigen ritme te bepalen en
daarmede de terreurdans te ontspringen.
Maar dat is aan slechts weinigen gegeven.
Jan
Posch, 10/11 januari 2013,