maandag 30 januari 2012

Een weekje schaken in Wijk aan Zee in januari 2012.




 Al in november 2011 had ik gebeld naar een bekende naam in Koog aan de Zaan, maar mevrouw Smit vertelde mij dat zij geopereerd moest worden aan kanker.  Uiteindelijk vond ik een adres via de club van fietsvrienden in Heemskerk.



Dit bleek een gouden greep.  Voor 18.50 euro per dag slapen op een ruime tweepersoonskamer, inclusief ontbijt en als leuk extraatje elke dag geroepen worden voor koffie ( in de morgen en in de avond) en ook nog mee kunnen eten met het warmeten. Bovendien mocht ik elke dag gebruikmaken van een (zwaartrappende) damesfiets, waarvan zowel aan de voor- als aan de achterkant een verlichtingselement werd gemonteerd door de heer des huizes.



Vraag overigens niet hoe ik daar gekomen ben op de eerste dag van het Tata-Staaltoernooi, het vroegere Hoogovensschaaktoernooi en later het  Corustoernooi. De routebeschrijving liet het afweten na het bouwen van nieuwe rotondes en het werd zoeken geblazen in het pikdonker naar de Mozartstraat.



Het zou de voorloper worden van een legendarisch weekje.



Al op de eerste dag  was er het bericht van een gestrand schip bij de kust van Wijk aan Zee en in de stromende regen moesten de schoolkinderen met hun juf de storm en regen trotseren, om dit evenement te kunnen bekijken. Ik kon niet achterblijven.



Op de tweede dag ging ik voor de eerste maal via de zeeweg op de fiets naar het schaakwalhalla, alwaar ik een file van automobielen passeerde van Beverwijk tot het parkeerterrein in Wijk aan Zee, waar iedere voorste chauffeur gevraagd werd waar hij voor kwam. Deze gang van zaken leidde er uiteindelijk toe, dat 20 schakers een nul kregen, wegens anderhalf uur te laat komen, waaronder Klaas Abma van s.v. Heerenveen. Later zou blijken, dat deze schakers op de rustdag hun partij mochten overspelen, mits hun tegenstander daartoe bereid was. Klaas vond dat een merkwaardige beslissing, maar de wedstrijdleiding redeneerde dat zij met deze maatregel toeschietelijk opereerden.



Op de derde dag kwam er een buurvrouw met een hond op bezoek bij de familie waar ik logeerde en het gesprek kwam tijdens de koffie over het onderwerp kanker. “Dat is hier welbekend”, zei zij op een onbewaakt ogenblik. Toen bleek, dat  mijn gastheer een maand eerder te horen had gekregen, dat hij aan leukemie leed en elke maand nieuw bloed moest krijgen, afhankelijk van de hoeveelheid rode bloedcellen (erytrocyten) in zijn bloed.

Al vanaf zijn 32e levensjaar had hij de ziekte van Hodgkin (lymfeklierkanker) , waarschijnlijk ontstaan door besmetting met giftige stoffen uit lekkende oliekanalen tijdens zijn werkzaamheden bij de Hoogovens. Chemokuren  hadden zijn  afweersysteem  in de loop der jaren ernstig aangetast.



Op de vierde dag had ik bij toeval een mooiere route naar de schaakzaal ontdekt en kunnen zien hoe de bomen nabij het omheinde Tata-Steelcomplex  volkomen verwaarloosd worden en onder de indruk geraakt van het schitterende ago-cultural industriecomplex, nabij de duinen van Heemskerk.



Op de vijfde dag vond ik na navraag een nog mooiere route via de noordkant van Heemskerk en langs de duinranden kwam ik na ongeveer een uur fietsen aan op de plaats van bestemming, alwaar ik een oud geworden Jan Timman ontwaarde, lopend vanaf  de zeekant.



De zesde dag kenmerkte zich door  een man op een fiets, die aan mij vroeg hoe hij moest rijden naar Wijk aan Zee. Het bleek Conrad Mostertman te zijn, een oude bekende schaaktegenstander. Onderweg vertelde hij mij o.a. over zijn broer Johan, die veertig jaar gestopt was met schaken, nadat hij als jeugdkampioen schaken van Noord-Holland als 17-jarige een partij verloren had. In deze periode was Johan zo verstandig geweest om zijn meestergraden in de vakken klassieke talen, Nederlands en psychologie te behalen(!).



De zevende dag ging ik op bezoek bij mijn moeder en zuster in mijn geboorteplaats Oostzaan, waar ik als vanouds verwend werd en van alles mee kreeg.



Er resteerden nog drie dagen. Ik had uitgerekend dat ik mijn partijen moest winnen om nog kans te maken op de eindoverwinning. Maar in de zevende partij moest ik na een min of meer gewonnen positie toch genoegen nemen met een puntendeling.



Op de achtste dag, liep ik in een openingsval, kwam een pion achter, maar met hulp van mijn met zichzelf spartelende tegenstander kwam ik toch nog op de 21e zet met de schrik vrij.



De laatste partij moest ik winnen. Het werd de kortste partij van mijn toernooi. Op de 16e zet offerde ik mijn paard op f7.  Mels van de Water uit Zaandam  vergreep zich redelijk snel aan dit kleinood om vervolgens, na mijn 17. Dh5 schaak, drie volle kwartieren geheel onnodig te gaan nadenken hoe ik hem uiteindelijk mat kon zetten. Dat had hij beter een zet eerder kunnen gaan doen. Met een verwoestende blik greep hij de stukken om ze weer in hun uitgangspositie te zetten.  Bij deze die  partij:



1. e4, d5. 2. ed5, Dd5. 3. Pf3, Da5. 4. Pc3, e6. 5. d4, c6. 6. Ld3, Le7. 7. 0-0, Pd7. 8. Te1, Pgf6. 9. Pe5, Dd8. 10. Lf4-Pb6. 11. Le3-Ld7. 12. Pe4-h6. 13. Df3-Pbd5. 14. Ld2-Pb4. 15. Pxf6-gxf6. 16. Pxf7-Kxf7. 17. Dh5 schaak. (1-0)




Met deze overwinning werd ik voor de eerste keer groepswinnaar (5A) van een tienkamp in Wijk aan Zee, omdat mijn medekoplopers niet in staat bleken elkaar te verslaan. Met een promotie en 50 euro meer in mijn zak, kon ik met een trots gevoel 160 kilometer huiswaarts rijden.




Jan Posch, 30 januari 2012.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten