donderdag 26 mei 2011

Beschaving.

 
Laatst ontmoette ik tijdens een wandeling een man die mij naar het afschieten van ganzen vroeg.  Wij kwamen al snel tot een filosofisch gesprek en op een bepaald moment vroeg hij aan mij wat ik van de zin van het leven vond. Toen ik zei, dat volgens mij de zin van het leven , behalve totaal zinloos, de zin in het leven was, zei hij: “dus ook een redenatie vanuit het individu, ik vind het zinvol  iets voor anderen te betekenen, al slaag ik daar lang niet altijd in”.

Aan deze woorden moest ik terugdenken, toen ik het relaas las van Evelien Tonkens over Arnon Grunberg. Volgens Arnon is er geen zinvol menselijk streven. Je kunt volgens hem hoogstens je eigen streven opgeven en je leven in dienst stellen van een ander. Maar zelfs dat loopt op niets uit. (de Asielzoeker) of eindigt in gruwelijkheid (Tirza).

Zij kritiseert hem, omdat volgens haar in het universum van Grunberg geen plaats is ( of weinig) voor hoop, schoonheid of goedheid.

Grunberg schijnt zich laatdunkend uit te hebben gelaten over middelmatigheid en daarmee pakt zij hem bij zijn kloten. Zij stort zich als een leeuwin op haar prooi om hem te verscheuren. Volgens haar is het maar goed dat er ook middelmatigheid is.Zij beschouwt zichzelf ook als middelmatig. De leukste van die middelmatigen zijn voor haar degenen, die zich bewust zijn van hun middelmatigheid, onder het mom van: een gepast besef hebben van hun tekortschieten. Zij stelt: in een beschaafde samenleving heerst dit besef. Onbeschaafde mensen zijn gewelddadig. Middelmatigheid is ook onvolmaaktheid en onbeholpenheid en waardering daarvoor betekent tevens tolerantie en dus minder geweld.
En tenslotte vindt zij kunst geen medicijn om onbeschaafd gedrag te voorkomen, slechts hulpmiddel, terwijl Grunberg (actieve) kunst wel een manier vindt om onbeschaafd gedrag tegen te gaan.

Zelf geef ik Grunberg gelijk in zijn stelling over de zinloosheid van ons bestaan. Zoals ik al eerder betoogde, zijn (aktieve) creativiteit en humor de enige ontsnappingsmechanismen uit de dwaalwegen der doolhoven.

Ik ben het niet eens met zijn stelling over middelmatigheid, in die zin dat de genieen nog veel erger kunnen zijn dan de middelmatigen. De armoe houdt mij knap zou mijn overleden vader zeggen. De getalenteerden zijn, wanneer zij de kans krijgen, nog erger dan die middelmatigen, waartoe zich ook Tonkens toe rekent. Dat is de grote arrogantie van de bescheidenheid, Tonkens, denk maar eens aan de spreuk van Godfried Bomans. En denk ook eens aan de wijze waarop De Sperma Kwak (= DSK oftewel Dominique Strauss Kahn) te keer ging tegenover de 32-jarige kamervrouw, die hij bij haar kruis pakte om haar vol te kunnen gieten met zijn geile overmoedsperma.

Neen, Grunberg, de ergsten zijn de getalenteerden, omdat zij zich superieur voelen, en in plaats van kritiek, valse waardering  krijgen van het klootjesvolk.
Voor talent hoef je tenslotte niets te doen. Dat wordt soms zomaar tussen de benen geschoten door onbeschaafde intellectuelen, die zich meestal beschaafd voordoen , net even meer dan die  middelmatigen en het overige plebs.

Jan Posch, 26 mei 2011, de dag waarop een groot talent en een grote massamoordenaar Ratko Mladic werd opgepakt.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten